Als sinds ik me kan herinneren, heb ik een liefde voor kunst, film, theater en geschiedenis. Mijn toekomstplannen als kind waren net zo veranderlijk als het weer, maar één ding wist ik zeker: ik wou iets doen dat te maken had met de oneindige mogelijkheden van de fantasie. Of ik nou kunstenaar, patissier, schilder, schrijver of regisseur wou worden, de behoefte om grip te krijgen op alle ontembare gedachten in mijn hoofd was altijd daar.
Op vroege leeftijd vroeg ik me al af wat het leven nou eigenlijk is. Het besef dat ik de wereld vanuit de eerste persoon zie, zonder te snappen waarom, fascineerde me. Mijn dromen en zelfs mijn herinneringen spelen zich immers af als een soort film – close ups en kleurschema’s inbegrepen.
Na de zelfgekozen dood van mijn beste vriend, eerste liefde en kameraad schrijver, begin 2018, wou ik mijn gevoel van zinloosheid omvatten in beeld en tekst.
Zoals ik het leven omarm, omarm ik ook de dood: Ik ben er bang voor en tegelijkertijd trekt het me aan.
Dit is altijd al zo geweest en was toen sterker dan ooit. Ik zocht naar de verbeelding van het eindige en oneindige en het absurde dat ertussenin zit. De waanzinnige nutteloosheid in al haar glorie.
Ik geloof niet dat het leven zin heeft.
Mijn werk is sindsdien een ode aan de dood, een ode aan het leven, maar vooral een ode aan de fantasie.
Een mensenbrein is naar mijn mening te klein om deze grootsheid van nutteloosheid te begrijpen, maar dat is niet nodig om het te kunnen omhelzen in liefdevolle eenvoud. Naïviteit, kwetsbaarheid en zelfs gekte is prachtig.
Ik ben graag iemand anders. En uiteindelijk wordt het een onderdeel van mij.
Mezelf verliezen in werelden die niet bestaan, is me nooit vreemd geweest. Het onderzoeken en ervaren van de hersenspinsels van een ander mens (of ander wezen) trekt me aan sinds mijn ontdekking van het empathisch vermogen. Een broze gezondheid met de daarbij komende neigingen tot depressies hebben dit alleen maar versterkt. Een leven is eindig, maar een verhaal kan de dood overstijgen.
Mijn leven speelt zich voornamelijk af in mijn hoofd; als herinneringen, fantasieën en angsten die ik transformeer tot verhalen. Ik laat me leiden door verwondering en bevreemding (met geheven of gefronste wenkbrauwen tot gevolg) en ik wil voelen tot mijn hart in stukjes breekt.
En hoewel ik het leven doorloop als een Absurde held heb ik een innerlijke drang om mijn binnenwereld om te zetten tot iets tastbaars en bestaat er zelfs de behoefte om het met de buitenwereld te delen.
Hoe persoonlijk de intenties van mijn werk ook zijn, uiteindelijk zijn we allemaal mens en hebben we het verlangen om elkaar te zoeken en te begrijpen.
Fictie is de leugen die de waarheid vertelt.
Het verzonnen verhaal laat ons toe om door de ogen van een ander te kijken, te fantaseren, te voelen, te leren en uiteindelijk verandert het ons zelfs (een beetje) in de werkelijkheid. Het zet ons aan het denken over onderwerpen waar we liever ver vandaan willen blijven in de realiteit. Dagdromen is het begin van verandering, beweging en voortgang in ons zijn als mens.
Hoe persoonlijker ons verhaal,
hoe universeler het wordt.